stanzi-supertramp.reismee.nl

Lesbos: mensen, grenzen, en de zee

Ik sta op voor zonsopgang om een rit te maken langs zee en vervolgens voor school in het kraakheldere water te duiken. Ik zwem in de richting van Turkije voor een tijdje, daarna drijf ik op mijn rug en kijk naar de hemel. Alles is nog stil, de meeste mensen slapen nog, de zon komt op, de lucht is rood.

Ik fietste langs een bankje voor kamp Moria. Er zat een jongen met een plastic zak naast hem. Ik fietste achter hem langs. Hij las de kleine prins.

Ik ga het hebben over de energie die hier is op het eiland Lesvos, dichterbij als Turkije dan Griekenland zelf, overspoeld en overweldigd door de vluchtelingencrisis. Ik heb nog nooit een humanitaire crisis van zo dichtbij gezien. Het is niet iets wat je zo maar opzijzet: geniet maar lekker van het eiland, maar kijk maar niet die kant op want dan krijg je problemen met je moraal.Dat werkt zo niet.

Ik zie de urgentie van mijn studie milieukunde even niet. Ik besloot school als erbij te zien en werk te zoeken in de kampen.

Jongens er is zo ongelofelijk veel energie hier. Zo veel fantastisch kundige mensen. Beide vluchtelingen en de vrijwilligers. Ik heb een hekel aan het ‘druppel op de gloeiende plaat’ verhaal. Het feit dat mensen politiek de situatie blijkbaar niet kunnen verbeteren en de mensen het liefst op de eilanden houden en Orban in Hongarije hekken laten bouwen in ‘democratisch Europa’ betekend niet dat we ons niet verantwoordelijk hoeven te voelen voor deze situatie. Revoluties zijn mogelijk. In dit filmpje zie je wat de vluchtelingencrisis ook is, en dat zelfs onder deze omstandigheden de inventiviteit van de mens naar boven komt. https://www.youtube.com/watch?v=KngL1-WwhtQ

Als de kranten deze verhalen zouden vertellen, zou Europa anders naar de crisis kijken. Het beeld van complete hulpeloosheid wat nu wordt geschetst komt nationalistische en populistische politiek leiders ontzettend goed uit. Het wegnemen van de kunde en kracht van een persoon en daarvoor een hulpeloze arme vluchteling in de plaats zetten is een politieke strategie.

Het schrijnende is dat we weten hoe goed wij kunnen organiseren als mensen. De meest gecompliceerde dingen kunnen geregeld worden als er geld achter zit. Er zijn ongelofelijk grote rijke bedrijven met computersystemen en grote denkers. Zet zo een bedrijf voor een week op deze zaak en zie maar eens hoe snel deze situatie verbeterd kan worden. Ik heb het niet over het vluchten van mensen door oorlogen zelf, maar over wat er gaande is in Moria, de acute problemen die helemaal geen problemen hoeven te zijn als we de kundige mensen inzetten die nu als ‘hulpeloze vluchteling’ worden bestempeld. Wat een waanzin!

Als je hier tussen zoveel creativiteit en energie zit vraag je je af waarom we de politiek leiders nodig hebben; en hoe het kan dat de kleine elite van leiders de macht heeft om duizenden mensen te immobiliseren op een eiland. Het hele principe van overheid en macht staat voor mij op losse schroeven.

Het werk wat ik doe zet misschien geen zoden aan de dijk wat de crisis betreft, maar ik ben geen dokter of psycholoog dus ik bouw dingen en maak muziek. Ik werk in een centrum waar de mensen vanuit Kara Tepe en Moria komen. We maken alles van het plastic uit de kampen. Green houses, enorme banken en stoelen, misschien straks bloembakken voor de moestuin. In de avond geef ik Engelse les aan de vluchtelingen die ook als vrijwilliger werken in het centrum. Weg met die slachtoffer rol, we hebben de antwoorden niet, dus werken we met elkaar aan de dingen die het meest dichtbij een wereld komen die schoonheid in zich heeft.

Het werk stopt niet aan het eind van de dag, het leven is overal. De situatie Ă­s dit eiland. Mensen zijn overal, de discussies, de protesten en de knikjes van mensen onderweg. Als je deze mensen hun hand schudt leggen ze daarna altijd hun hand op hun hart.

In een bar zaten de vrijwilligers en vluchtelingen die werken in de kampen: doctoren, tandartsen, constructie mensen, muziek leraren, vertalers, koks, en alles wat je je maar kan voorstellen in deze mini-economie. Alles is met elkaar verbonden, ik heb het nog nooit zo duidelijk gezien. Zonder de vertalers kunnen de doctoren niets, zonder de containers en faciliteiten die worden gemaakt kan niemand ergens werken, zonder de koks geen eten, zonder de muzikanten en andere kunsten lijkt de vreugde van de dag verloren. Het is ongelofelijk wat er wordt bereikt met zo weinig voorzieningen, zo weinig geld, en zo weinig aandacht van heel Europa.

Op het hoofdplein van Mytilene demonstreerden mensen. De meesten waren Syrisch en Afghaans. In de nacht sliepen ze in tentjes op het plein.

Moria hel, Moria hel

UN, where are you

We are human

Die volgende ochtend hoorden we dat de fascistische groep Golden Dawnde groep had aangevallen met bakstenen. 35 vluchtelingen werden met verwondingen naar het ziekenhuis afgevoerd. De vrouwen hadden geschreeuwd: stop, there are children here! En de fascisten riepen terug: we will burn your children to the ground!

Die volgende week demonstreerde ik mee met duizend mensen door de kleine straatjes van Mytiline, een anti-fascisten protest, pro-solidariteit. Het was krachtig en luid. Lesvos is geen fascisten eiland. Oude mensen, jonge mensen, Grieken, vrijwilligers, mensen met vlaggen en bloemen.

Iedere dag na de les maak ik een fietstocht zonder eind, ik fiets mijn hoofd leeg. Ik draag papa’s linnen blouse die los om me heen wappert. Ik kom langs kleine dropjes, helemaal oververhit en duik de zee in. Ik praat met de mensen op de rotsen. Soms drink ik koffie, en krijg van de koks allemaal Griekse dingen om te proeven: zoete honing bladerdeeg baksels en ouzo. In de baai spelen kleine kids die leren zwemmen in het zwemvest waarin ze hier op het eiland aangekomen waren.

Na mijn werk spring ik de zee in. Alles spoelt van me af. Meestal heb ik geen behoefte mensen te zien. Ik speel gitaar, zing, schrijf, en lees. ls ik met de golven mee deins vergeet ik voor even de problemen van de wereld.

Tot snel,

Stans

De poorcirkel: eye openers en fjorden

Een zonovergoten busrit naar het vliegveld. Een ongelofelijke waterval van warmte en nieuwe energie. M'n kleine backpack naast me, moonboots aan. M'n vingers tintelen. Een nieuw avontuur. Muziek van Ásegir. We rijden langs de grote gebouwen van Boedapest, mannen net hoge hoeden en vrouwen met bontjassen en aandachtig gevormd haar. Ik zou straks als in Narnia naar een andere wereld gebracht worden, naar het land van de Vikingen. Oma zegt dat onze familie uit Scandinavië komt, we waren zeevaarders. M'n bloed suist bij de gedachte. De vlucht was prachtig, we daalden neer over de fjorden. Mensen met FjÀl raven en Northface truien, bergschoenen, goed spul, frisse outdoor blikken.

De conferentie was een eyeopener. Het was een ongelofelijke luxe. Tafels vol eten en een diners vol met schalen vis zoals ik die nog nooit had gezien. Mensen in pakken. Enkelen waren vegetarisch. De champagne en kaviaar vloeide rijkelijk. Het Wereldnatuurfonds en andere enorm invloedrijke NGO’s kregen de kleine zaaltjes, de oliemannen van Statoil en ministers kreeg de gigantische hoofdzaal. Diezelfde oliemannen spraken over ‘sustainable oil extraction’ en ‘the preservation of indigenous communities’.

De Hongaarse (?!) minister van buitenlandse zaken sprak over het belang van de wetenschap in politiek. Mijn bloed kookte. Ik kon het niet meer uitstaan. Ik had driftig in mijn schriftje een goede vraag uit geschetst in wel 100 vormen. Ik stond op en vroeg in een zaal met honderden mensen de microfoon en kreeg die tot mijn verbazing. Ik haalde adem en keek de minister een tijdje in zijn ogen voor ik sprak.

How do you think you can achieve speaking truth to power by scientists to politicians when you want to abandon my independent University, the Central European University, from Hungary, and therefore making it impossible for them from speak truth to power in the first place?

Er ging een ‘Ohhh’ door de zaal en het was helemaal stil. Mensen hielden hun adem in. Duizend hoofden van zakenmannen, politici, de Verenigde Naties, en NGOs gingen van mij naar de minister. Ik liet rustig de hand met de microfoon zakken en stond met een rechte rug naar de minister toe die mijn bloed had laten koken door ĂŒberhaupt daar op het podium te staan en op te scheppen over duurzaamheid en minderheden.

De minister lachte een klein beetje. Hij had geen direct antwoord en zei dat hij geen tijd had deze vraag te beantwoorden omdat iedereen in de zaal dan moest wachten. Hij ging door met zijn speech, die verliep hakkelig en niemand luisterde meer. Geen antwoord is ook een antwoord, en iedereen wist het.

Ik ben nooit fan geweest van politiek, maar door deze conferentie is mijn idee over wat voor politieke invloed dan ook gekelderd door de ongelofelijk duidelijke invloed van corporaties en het grote geld op politiek lijders. Geld is wat spreekt, en woorden worden gebruikt om zaken uit te stellen die van belang zijn. Het zijn grote lege woorden die worden gebruikt.

‘We intend to
 in the future’

‘We are doing better than ever before
’

‘It is all about capacity building...’

‘we have to plan this very carefully, this might take years
’

‘sustainability is very expensive
’

Ik kan het niet meer aanhoren. Door de minister deze vraag te stellen als onafhankelijke student zonder gelimiteerd te worden door een baan of positie sprak ik de woorden die waarschijnlijk door de hoofden ging van de helft van deze zaal. Na de presentatie ging ik weer op in de groep, en kreeg links en rechts bescheiden bijna onmerkbare knikjes, buiginkjes, en lichte schouderklopjes. De baas van de verenigde naties voor milieu (UNEP) fluisterde toen hij langzaam langsliep: it was a very brave thing you did there, keep this spirit.

Het was goed om die avond weg te gaan met de groep, we namen de kabel baan Fjalheisen omhooog. Toen liepen we de Berg op. Het leek alsof we naar de hemel liepen, zo de sterren in. Op de bergtop lagen we op onze rug te kijken naar de sterren. En toen vlamde het noorderlicht boven ons op. Grote vegen energie in groen en paars. Het danste, zei de jongen van spitsbergen. Later gleden we op onze ski jassen naar beneden. Flarden van sneeuw, de bergen als een besneeuwde woestijn, verlicht door de sterren en het noorderlicht.

Na vier dagen op de conferentie geweest te zijn was een groot deel van mijn grote fantasie over duurzaamheid ingestort. Ik was nooit naïef, maar had nog veel vertrouwen in de hoge orde en hun impact. Ik zat aan tafel met de wereldleiders die het verschil konden maken, zag de scandinavische minsters die het voortouw namen wat betreft duurzaamheid, hoorde de verenigde naties spreken over de sustainable development goals. Ik was blij deze partijen bij elkaar te zien, maar het punt is dat het niet meer om intenties gaat, niet meer over het gesprek en over ‘in de toekomst’. Het moet nu gebeuren, en de oplossingen zijn er al.


Ik besloot de laatste dag van de conferentie voor mij zelf af te sluiten door een berg te beklimmen. Ik liftte naar de voet van de berg.
Nana hielp me verder, ze praatte in Noors. Ze wees om hoog. Ik begon de klim. Het was een rare dag, de hemel was de kleur van de sneeuw, en de zon was er nog niet vanwege de winter. Op een gegeven moment kwam ik boven een nevel laag uit, waardoor het leek alsof ik boven de wolken liep. De zon brak door. Een stap gezet, twee teruggegleden voor twee uur. Ik hield me vast aan sporadische boompjes. Toen ik boven kwam zakte ik neer op de ijsrotsen en keek lang voor me uit. Dit is waar het om gaat, dit is wat we moeten beschermen.

Toen stak er een sneeuwstorm op en ik kon de berg niet meer af. Ik schuilde achter een ijsschots en hoopte dat het storm ging liggen. Dat gebeurde niet. Het was vries koud. Ik had geen lunch mee, alleen rozijnen die bevroren waren. Ik kreeg de slappe lach om mezelf en de tranen bevroren in mijn ogen. Welke ongelofelijke sukkel neemt dan ook alleen rozijnen mee op een bevroren berg. Belachelijk opportunistisch. De berg was enorm stijl. Toen wist ik wat ik moest doen. Ik deed mijn jas uit en sleedde de volle 2 km die ik geklommen had op mijn jas naar beneden. Hakken in de sneeuw om bomen te ontwijken, de fjorden links en rechts, de zee voor me. In het stadje wist niemand wat ik had meegemaakt. Ik zag ik de mensen van de conferentie in pakken lopen. Hadden jullie maar gezien wat ik net zag, misschien gingen de zaken dan anders.

Israël: over de randjes

Met pap maakte ik een schets van Israël op de achterkant van een envelop. Welke wegen te nemen; niet in het donker reizen; nep trouw-ring om (lang verhaal); overal vastberaden heen gaan ook al heb ik geen idee wat ik doe. Ik heb een constante grijs op m'n gezicht. Deze reis is me zo afgeraden. Alleen? Deze tijd? Trump? Waarom? Code rood van de ambassade: vermeid Israël.

Ik heb drie weken de korrels zout van dit bericht gezocht en vertrok.

Het meest spannende van een reis is dat je weet dat je terug komt en niks meer hetzelfde zal zijn. Je veranderd altijd. Man, dat moment wanneer je over die versnelde banen loopt door de terminal, je speelt dan gewoon in je eigen film.

Tel aviv. Berlijn van het midden oosten. Ik hou van je. Graffiti, sissende bruisende barretjes, geweldig eten, alle kleuren, m'n vermoeide voeten in het verkoelende mediterraans water aan het eind van de dag, jonge prachtige mensen met dreadlocks, platenwinkels, oude gebouwen en nieuwe flats. Contrast. Ik ben altijd verrast over hoe veel intrigerende mensen ik ontmoet van over de hele wereld. Op iedere straathoek een gesprek met een inzicht. Een georganiseerde kunstige chaos. Zet het nummer Ida Adema op van Erik Einstein als je de sfeer wilt proeven, het werd later de soundtrack van mijn reis.

Jerusalem aan de horizon. Ik stapte de oude stad in. Rechts, links, rechts, bukken, links. Het kan hier niet zijn. Militairen met grote geweren, ‘’stop you can't go further.. this is the mosk’’. Het was de moskee. De ingang. Zwaar bewapend. En toen zag ik het bordje en slikte. De muren van het kleine hosteltje grenzen aan de muren van de grote moskee en dus de klaagmuur. Ik dronk opgiet-koffie met kardemon en kruidnagel. Ik kocht dadels en deelde ze met een oude man die tegenover me zat in het tentje. Hij was zo verast dat hij het uur daarna constant vroeg of hij thee voor me kon kopen of ofdat ik honger had.

Salaam Alaikum, ik glimlachte en knikte, zwerfde zoals altijd weer door.

In de kerk sprak ik met een Russisch joods orthodoxe vrouw. Het rook naar vochtige oude stenen en wierook, huilende nonnen vulden het beeld. Ze lazen uit een boekje en bij het omslaan van iedere bladzijde sloegen ze een kruis. Met een jongen uit Fiji sloop ik de nauwe straatjes door. We dronken bloedrode granaatappelsap. Het licht is goud en de stenen ademen eeuwenoud leven. In mijn rare moskee-hostel had ik een nachtelang gesprek met een moslim man uit zuid Afrika en Fiji. M'n wereldbeeld word getart. Ik klom m'n kleurige stapelbed op en lag de eerste uren nog te piekeren. Onder me was een man aan het praten in zijn slaap. Repeterende Arabische verzen. Halverwege de nacht werd ik wakker door een soort droom of visioen, ik moet dit uitzoeken. De volgende dag werd ik meegevraagd op pelgrims tocht naar Ibrahim's graf in Hebron. Een dorp in de WestBank. Vraag maar een keer wat daar gebeurde als we samen in een bar aan de rode wijn zitten. Vanwege de politiek schrijf ik hier niets op. Die avond kwam ik thuis in mijn hostel met zo veel energie dat ik aan de bar een glas wijn bestelde en met mijn armen wijd de avond door danste in de danszaal van het hostel met andere reizigers die geen idee hadden van wat ik had meegemaakt. Ga naar hebron, zei ik.

We vertrokken naar de woestijn. Wat een grootste prachtige omgeving. Van oud op nieuwjaar renden we onder de sterrenhemel door. 'Kom mee Stans! we hebben een scheepswrak gevonden!'. We ploften neer op het dek van een verlaten scheepswrak midden in de woestijn en keken naar de sterren. Onvergetelijke rust. Het leek alsof we alleen op de wereld 2018 begonnen wat geen slecht begin was.

Kibbutz Ketura. Vandaag leerde ik dat je off-grid kunt leven in de woestijn, zonder geld. Een dorp met leemhutten. ‘we gaan zo’n dorp bouwen in Portugal’. Ik gaf hem m’n nummer: ‘bel me maar op, ik bouw met je mee’. Een wereld vol mogelijkheden. Met de zonsopgang liep ik op blote voeten door de woestijn. Ik hoorde gitaarmuziek klinken uit een oude bus en liep ernaar toe. Daar stond hij. De magic bus in de Negev woestijn. Een dude leefde daar in dat busje in de woestijn. Oude boeken, een vuurplaats, een gitaar en een fles wijn. Versgeschreven gedichten in Hebreeuws. Het was fantastisch. Zo kan het ook dus.

De mooiste rit van mijn leven van Jerusalem naar Ein Gedi. De bergketens links en de dode zee rechts. We maakten een wandeling van 5 uur door de bergen met bronnetjes, watervallen en kraakheldere meertjes waaruit je kon drinken. Geen tourist te bekennen. We klommen naar beneden de grotten in. Geloof je dat we midden in de woestijn in een bron staan? Later liftten we naar de dode zee. Er was daar een man die erop stond onze rug in te smeren. Later zat hij ook aan m’n been. Ik sprong het water uit. HOO dat kan ik zelf ook wel. Met de slappe lach dobberden we in de dode zee. Wist je dat dit 300 meter onder de zeespiegel is? En dat je niet kunt verdrinken? De weg terug zat ik in een mini busje ‘welcome to the Palestine Beduin expresssss’ zei de chauffeur. De hele terug weg dansten we door de bus heen op de muziek, dode zee rechts, bergketens links, m’n haar strak van het zout, en LEVEND, vooral dat.

Ik werd in de high risk security line gezet waar ik een beetje lacherig van werd. Echt waar? Later hoorde ik dat het waarschijnlijk was omdat ze wisten dat ik in de Westbank geweest was. Ik miste bijna m’n vlucht, rende vloekend door de terminal. NU WEER THUIS. Zit je dan in de NS trein naar Arnhem.. pas daar drong de cultuur shock tot me door. Twee vrouwen kibbelden over de koffie van de Hema. Ik schoot zo hard en in de lach dat ze me geschrokken aankeken. Lach maar. Twee dagen geleden sprak ik met de woestijn man in zijn vrijheidsbus, liftte ik naar de dode zee, en dreef op zout water gewichtsloos de middag door. Ze hadden geen idee van wat ik had meegemaakt. Het leek Narnia wel.

Headbangen, Gypsy jazz, en tijd voor Gluhwein

In een donker cafe wat lijkt op het huis van Shrek hangen Elsa en ik over onze dampende mokken Gluhwein. Met glimmende ogen schetsten we een masterplan uit voor een reis naar Zuid Afrika. We vliegen naar jo-burg, huren een 4-wheel-drive en rijden met een omweg naar het Krugerpark waar we een maand stage gaan lopen. In de weekenden kunnen we trips maken met onze auto naar Zuid Mozambique en Botswana. Na de stage reiden we de hele kaap af langs de zee naar Kaapstad. Hoe later het wordt, hoe wilder de ideeën, deels door de sfeer van mogelijkheden en deels door de 2e (of 3e..) mok kruidig en dampend geluk.

Jazz time! We renden over de straten, sprongen in de tram en stapten uit in Boeda. Daar doken we een kelder in met maffe rock muziek. Ik was natuurlijk al weer lekker aan het dansen. 80% mannen in motorjacks waren aan het headbangen en ik vond het hilarisch en fantastisch zoals altijd. Ik hou van deze rauwe 'on-maatschappij-achtige' plekken. Toen zeiden mijn vrienden: stans we zijn in de verkeerde bar. We liepen door naar een andere kroeg met vlammende gypsy jazz muziek. Een ongelofelijke energie hing in de ruimte. De jazz muzikanten waren in trance en liepen door de dansende mensen heen muziek te maken, zakten door hun knieën en bogen voor- en achter over, schokten met hun schouders. Meisjes in lange kleurige jurken en jongens in pak en soms een hoed dansten echte traditionele jazz. Het was één groot Alice in Wonderland avontuur. 10 minuten geleden stond ik nog te headbangen met een paar motormuizen en nu wordt ik nonchalant in het rond gedraaid door een gast die er uitziet alsof het jaar 1920 nooit voorbij is gegaan. Dit is waarom het leven hier fantastisch is. Boedapest is een volwassenen speeltuin. Nooit-gedacht-land voor gevorderden. Je weet nooit wat je zult beleven, maar als je beweegt kom je altijd ergens terecht. Boeda is gevuld met kleine barretjes die oprecht een complete muzikale- of culturele historie terug kunnen halen. We hebben zelfs een katten-cafe.

Mijn studie gaat fantastisch, iedere dag loop ik naar huis met andere ideeën over de wereld. Academisch onderwijs is heerlijk omdat je de diepte in gaat in discussies. We bespreken de artikelen die we lezen in een prachtige kasteel-achtige school van geel zandsteen. Af en toe kijk ik de kring rond en zie ik ons als voorwaardige filosofen.

Nog meer nieuws? Mijn spreekvaardig Nederlands gaat hard achteruit. Ik spreek op dit moment Engels 99% van de tijd. Als ik iemand bel uit Nederland geven mijn hersenen signalen van error af. Ik voel het vuurwerk van exploderende neuropaadjes gewoon kraken in mijn brein. Maars als dit de enige bijwerking is van een avontuurlijk leven in een nieuw land kan ik officiëel verklaren dat ik erg gelukkig ben.

Cheers.


De start van een wereldreis

De avonturen en impulsieve daden laten me leven, daarom voel ik me altijd thuis op reis. Ik zat in de tram terug naar mijn huis in Budapest. De wind waaide door het open raampje en ik beleefde een volmaakt geluksmoment. Het is heerlijk te breken met iedere routine die het leven snel voorbij laat gaan. Het enige wat ik nog heb zijn herinneringen, mijn gitaar, een oude leren koffer met kleren en een leeg dagboek.

Af en toe huppel ik gewoon per ongeluk over de straten van Budapest zonder dat ik het merk. DĂ­t is het.

De gemeente stuurde me een brief: ‘u moet emigreren’. Na de bureaucratische molen van onze maatschappij te hebben doorlopen vertrok ik. Budapest: de eerste bestemming van een grootse reis die twee jaar zal duren. Ik doe een master in Milieukunde, Politicologie en Economie aan de CEU, de rebelse universiteit van Budapest, de brug tussen Oost en West Europa.

Door te wonen op de campus maak ik al een wereldreis. Stel je Alice in Wonderland voor. Achter iedere deur hier zitten een andere cultuur, een ander verhaal en voor mij vreemde waarheden. Er wonen hier 400 studenten uit 96 landen. Mijn kamer? stel je even een Ikea kamer voor, maar dan uit de jaren 70. Je hebt geen idee hoe bevrijdend het is om alleen te hebben wat je nodig hebt. Minimalisme geeft vrijheid. De stad is groots en gevuld met kastelen, de dampende alstromende Donau, de statige huizen met hoge plafonds, en de parken vol bruisend leven.

Ik liep de keuken in. Met open armen werd ik ontvangen door mijn Irakese, Syrische en Bangalese vrienden. ‘Stanzi you are welcome to have traditional dinner with us’. Ik had geen keus (ik wilde geen keus). Die avond zaten we aan een tafel met kleurige curries en salades en Syrische soep met een soort plat kruidenbrood. We dronken zwarte mierzoete thee.

Ik sta hier bekend als ‘the Singing Lady’. Er komen steeds meer mensen in de keuken op mijn verdieping 5 koken, terwijl ik weet dat ze op 9 of 10 wonen. In mijn kamer luister ik naar Sixto Rodriques. Ik speel gitaar, schrijf, en lees Tolstoj. Ik ben een band aan het opzetten. Ik treed op in Szimpla, het huis van Alice in Wonderland. Ik droeg een hoed en een lange zijden jurk, en voelde me thuis.

We dansten een Hongaarse traditionele dans met z’n allen in een kring. Arm in arm. Het is vermoeiend maar echt helemaal te gek. De rode wijn deed zijn werk. Na het dansen kwam de jongen uit Tatskikistan naar me toe: ‘I almost broke my legs watching your dancing’.

Mijn Siberische buurvrouw eet vaak gedroogd hertenvlees. De Italianen maken altijd verse koffie in een stalen pruttelpottje. Het meisje uit Myanmar wil altijd dat ik haar eten proef. Dit zelfde meisje heeft de afgelopen twee jaar in de gevangenis gezeten in Myanmar vanwege haar politieke focus. Komende vrijdag gaan de Bangadese jongens me leren eten met mijn handen. Thee drinken met een jongen uit Ethiopie en Zuid Soedan, en meisjes uit Myanmar, India, Pakistan, Italie. Gesprekken over de politieke situatie, of over hoe we zijn opgegroeid. We praten over Kasmir in India en Pakistan, over de oorlog in Sundan, de droogte in Ethiopie.. maar ook vooral de kunsten en de verbeeldingskracht van de mens. Het is een ongelofelijke rijkdom om hier te zijn.

Groeten is ook een kunst! Hoe groet je iemand die in zijn eigen land geen vrouwen aanraakt? Hoe groet je iemand die 1 of 2 of 3 of soms zelf 4 kussen geeft? Hoe moet ik nou weten dat je een Indiër geen linker hand geeft en bovenal: hoe moet ik er achter komen waar die mensen vandaan komen? Gelukkig lachen we in iedere taal.

Ik kom op de gang steeds dezelfde Ierse jongen tegen. ‘good morning, how are you?’ waarop hij altijd reageerd in een sterk Iers accent: ‘only better after seeing you my darling’.

De zondagen trek ik de natuur in met vrienden. Dr Martens aan, een leren indianen jack en een hoed. In mijn rugzak een kan met koffie, en vers brood van de bakker. Een Hongaars meisje Ildi vroeg ze me iets: ‘ga je volgende week mee naar RomeniĂ«? We reizen er heen in een oude kever met z’n 6en. We gaan de Bergen in om beren te kijken’.

Met Ankita uit India en Sofia uit Italie dwaalde ik door de stad. We namen een willekeurige tram naar het Noorden, dat levert de beste verhalen op. Onze missie was het vinden van grote warme Russische jassen, het liefst rijkend tot de grond. Het passen was fantastisch. Grote hoeden en lange zware jassen. Het leek alsof we uit een andere tijd kwamen. We liepen daarna gelijk naar de NĂ©gyesHatos SörözĂł om rode wijn te halen. ‘s avonds lagen we met onze Russische jassen en de fles rode wijn in het gras te kijken naar de sterren.

Nu een oproep aan jullie allen. Vrienden, familie, aanstaande vrienden en oude geliefden: kom naar Budapest en leef het leven. Ik neem je mee naar ondergrondse barretjes, naar restaurants met alle geuren. Ik zal je de straten laten zien, en de bruggen, de kastelen, de verse broden en rode wijn, de zon die hier anders schijnt.

Sterke verhalen, Mekong reuzen en Rum

Sawaidee!


Hoe ga ik een maand vol avontuur in drie landen beschrijven in maar 1
verhaal? Laat me het proberen in vlarden van momenten.

Deze route heb ik afgelegd in de afgelopen maand= Chaing Mai- Pai- Luang Prabang- Sapa- Halong Bay- Hanoi- Hue- Hoi An- Quy Ngon - HCM- Can Tho- HCM

Na Zuid Amerika dacht ik dat ik alles aan kon, maar Zuid-Oost Azie is eveneens een andere wereld. 'Go with the flow' hoorde ik vaak mensen zeggen en ik lachte het weg. Maar nu snap ik waarom dit zo belangrijk is. Dit deel van de wereld tolt je in het rond en laat je niet los. Laat alle dingen die je ooit geloofde heb los en vertrouw op het ÂŽÂŽsysteemÂŽÂŽ wat compleet anders is dan alles wat je tot nu toe gezien hebt. Cultuur verschillen zijn groots en zichtbaar, evenals de avonturen.


Caro en ik dreven op onze rug in een zwembad in Chiang Mai terwijl de
nachtstorm over ons heen raasde. Het maanlicht scheen over de bergen
en verlichtte het dal waar we in zaten. Het regende koel
en geurig. Die geur? De geur was -haast- onbeschrijfelijk.
Mango-regenwoud-geluk-natte stoeptegels- verbrand hout- ananas geur.

In Pai loopt iedereen op blote voeten. Het is een hippie paradijs vol
sappige bossen watervallen, fantastisch eten en tempels.
Een avond zaten we met z’n alleen op het dak van een bar waar live
muziek werd gespeeld. Hippie-raggae-dreadlock mannen speelden diepe
blues en namen iedereen mee in hun gezang in deze broeierige avond onder de volle maan.

Met een slowboat vol locals vaarde ik over de goudbruine Mekong naar
Luang Prabang in Laos. In 2 dagen gleden we over de rivier heen langs
vissersdorpjes, vlotten, regenwoud en grote bergen die de reuzen van de Mekong genoemd worden. Het overgrote deel van de reis zat ik met mijn voeten over de rand achter op de boot, luisterend naar muziek van Pink Floyd. Midden in de nacht kwamen we aan in een klein dorpje aan de rivier met wilde olifantenaan deandere oever.We leerden het woord ‘kopchailailai’ wat dankje betekent in Lao door de eigenaar die maarbruine rum bleef schenken omdat hij zo blij was ons te zien.

In Luang Prabang namen en de tuktuk naar het centrum. Er waren zo veel
mensen dat een deel op het dak moest zitten of achter aan moesten
hangen (drie keer raden waar ik zat).Met mijn haar in de wind zat ik
op backpacks en tussen kippenmanden en zwaaide ik enthousiast naar alle
kindjes. Er ging af en toe een vlaag van adrenaline door me heen als
we net iets te hard de bocht om vlogen.


De watervallen van Luang Prabang waren zo blauw en
sprookjesachtig dat het leek alsofalles gephotoshopt was. Op
blote voeten, een oker-kleurig jurkje en een bos vol krullen door de
regenval klom ik in bomen en balanceerde over randen van de watervallen. Dit zijn de momenten waarop ik me het meest levend voel. Ik zwom in
het azuurblauwe water en dreef op mijn rug, keek naar het sappige bladerdek boven de poel waar vlindersenparadijsvolgels vlogen.

Iedere dag dronk ik een fuitshake met heel veel ijs en kocht vers tropisch fruit van de markt. Het is zo heet hier dat ik bijna alleen maar dit soort dingen wil. Soms is het zo heet dat ik terug strompel naar mijn hostel, een koude douche neem en van ellende onder de ventilatorga zittentot ik me weer mens voel.

Vanaf Luang Prabang nam ik de bus naar Sapa in Noord Vietnam. Bij de
grens overgang werd ik onthaald als een filmster. Deze grensovergang van Dien Bien Phu
is zo onbekend dat er maar een enkele backpacker langskomt.De
mensen wisten niet wat ze zagen. Toen de eerste vrouw met haar kind
met me op de foto wilde volgde uiteindelijk iedereen en als laatste
zelfs de douane-ambtenaar vanuit het glazen hokje.

In Sapa at ik het aller lekkerste eten. Ginger-Mango-Chicken met 'sticky rice' en een pittige saus. Vietnamezen leven om te eten, niks is er zo belangrijk als het avondmaal. Vietnamees eten is puur, vers en altijd perfect in balans qua textuur en kruiden. Om lage tafels en krukjes zit je om een lage tafel, in het centrum staan ontelbaar veel bordjes en schaaltjes met verschillend eten. Alles wordt gedeeld.

In een homestay kregen we een bungalow met uitzicht op
uitstrektedampend vochtigerijstvelden die in brand leken te staan als de zon op kwam om 5.00 in de ochtend. Onderin het dal stroomde een vredige rivier. Grote vlinders ten grote van mijn hand vlogen om mijn hoofd en de geur van gestoomde rijst, gember en koriander stoomde uit het
huisje van onze familie. In de ochtend maakten we een tocht om het
hele dal heen, vergezeld door 5 vrouwtjes van een berg stam gekleed in
stoere kleding in mooie kleuren. Na 4 uur sprongen we in het verkoelende water van de waterval we weer omhoog klommen.

De nachtbus naar Hue, vanaf Hue naar Hoi An op de scooter. Ik kreeg
een les van een oude man voor maarliefst 5 minuten. Waanzinnige tocht
langs de kustlijn van Vietnam. We stopten bij watervallen waar we op rieten drijvende matten tussen de rotsen meerval aten. We toerden langs grote mystrieuze meren met dromerige langwerpige vissers bootjes, adenaline suizend door onze aderen.

Hoi an is verlicht door lampionnen. Aan de oever van de rivier praatte ik de hele nacht met een Duitse jongen die vanuit Duitsland door Polen,
Litauen, Rusland, Mongolie en China was gelift. Met hem filosofeerde
ik over het leven en over de betekenis van geluk. We dronken rijstwijn wat we daarnet hadden gekocht van een vrouwtje met een hoed van riet, missende tanden en onvergetelijke glimlach.


Een dag later passeerde ik een goudbruin strand waar ik voetbalde met de
lokals terwijl de zon in de zee zakte, dreef voor lange tijd op mijn
rug zonder moeite omdat de zee zo zout was.

In Saigon zat ik achter op bij een motortaxichauffeur en
zigzagde door het gestoorde verkeer. Een rit vol adrenaline en semi-botsingen maar alles met een glimlach want dat is zoals het hoort. Stoplichten zijn een suggestie.Na dat ik naar het Vietnam oorlogsmuseum was geweest viel ik bijna flauw op het zeebrapad door de combinatie van de buitentemperatuur en mijn eigen withete woede jegens oorlog en politieke ego spelletjes van kleine mannetjes in nog kleinere kantoortjes.

Toen ik in de Mekong delta in een homestay verbleef zat ik in een bungalo aan de rivier een uur voor me uit te staren en besefte me later dat ik een klein beetje in cultuur shock was. De hektiek van Saigon laat je ongeveer vijf keer per dag geloven dat je bijna dood gaat en het diner met mijn host familie was nogal speciaal. In de woonkamer stond eengrote glazen bak met dikke padden en nog dikkere zwarte slangen die levend en sissend over elkaar kronkelden. Ze hadden een groot vuur gemaakt en ik dacht dat ze daar stokbrood op gingen roosteren, maar toen gooiden ze de levende slang op de hete kolen. Het dier siste en kronkelde en ik voelde de pijn. Slangen zijn niet mijn lievelings dieren maar dit ging me echt te ver. Ontsettend naar om te zien en ik had gelijk een hekel aan de kok.

Woeshhj en daar zit ik dan.. een internetcafe in Saigon.


Greeeetz

Salkantai trek en de Amazone van Peru

Salkantai trek

In een rare impulsactie schreef ik me in voor de loodzware Salkantaitrek. De hele nacht lag ik wakker me afvragend wat ik in godsnaam had gedaan. 5 dagen ongeveer 85 km door de bergen en de jungle naar Machu Pichu lopen. Een tocht voor bikkels, outlaws en nomads. We sliepen in tentjes op kliffen met snijdende winden. In de ochtend ontdooiden we met een kop thee. Per dag liepen we ongeveer 17 km. Iedere dag op om 4 uur stonden we op. De eerste twee dagen stijl omhoog en de laatste 2 dagen stijl omlaag (wat voor mij nog zwaarder was), over los zittende stenen waardoor je 10 uur in volle concentratie moet zijn wat super vermoeiend is. Als je denkt dat je het echt niet meer aan kan sta je aan de trappen van Machu Pichu. Je kijkt omhoog en zweet al voor je eraan begint. 4 uur in de ochtend, een leger van zaklampjes. 2,500 traptreden van een halve meter elk omhoog naar het inkarijk. Helemaal dood. Het mysterie is waar je het voor doet. Er hangt een magie over deze bergen. Iets ademd en het is niet de zware adem van mijn mede trapgenoten. We liepen en liepen en met een Braziliaan maakte ik grapjes, het doel was om de ander zo uit zijn concentratie te halen dat hij buitenadem was van het lachen Ă©n lopen tegelijk. We sleurden elkaar omlaag aan elkaars capouchons. Ik won. We kwamen omhoog en Machu Pichu.. wat ben je magisch.

Amazone Avonturen

Ik kwam aan na een nachtbus van 13 uur van Cusco naar Lima. Een uur later zat ik in een gemotoriseerde lange kano op de rivier ‘madre de dios’ wat de moeder van god betekend.

Het is geweldig warm en heel hoogluchtvochtig hier. We kwamen aan in onze jungle lodge. Wat een paradijs. Enorme bomen met volgens die geluiden maken zoals ik ze nog nooit had gehoord. Onze huttjes hebben witte bedden met witte klamboes, het lijkt net alsof je in de hemel bent als je in bed gaat liggen, samen met die prettige warmte en alle junglegeluiden.

Ik dacht terug aan mijn tijd in Buenos Aires, soms werd ik zo wanhopig van de immense stad dat in de avond in bed ging liggen met het licht uit en op youtube opzocht:

‘ jungle sounds’ ik weet dat ik een sterke verbeelding heb en zo viel ik dromend in de jungle in slaap. Ik liep nu in die droom!

Ik verwisselde m’n termokleding en bergschoenen voor een simpele donkergrijze hemdjurk en sandalen. Ik vroeg aan de gids of ik kon zwemmen. Hij keek me lachend aan, zei dat er wel kaaimans waren en vissen van 3 meter zaten. Ik trok een scheve glimlach en sprong uitdagend de rivier in. Ik klom de waterkant op en droogde in de zon.

We voeren naar een eiland met apen en klommen in bomen, ziplinend van de ene naar de andere. Onderweg zag ik vlak naast mijn hoofd kleurige papagaaien en apen. Later gingen we met een boot naar het meer ‘Sandoval’ om meer beesten te kijken. Naast onze kano zwommen schildpadden, we zagen kaaimans en op de oever droogden paradijsvolgels hun veren. We lunchten uit een bananenblad. Voor onze voeten vlogen vlinders in alle kleuren van de regenboog. Ik keek achterom naar mijn gids en haalde m’n schouders op. ‘zwemmen?’

Kijk, ik ben aan de rivier geboren en ik heb water nodig als een vis. Ik heb deze dagen meer in het rivierwater doorgebracht dan lopend in de jungle (waar ik sowieso verdronk in mijn eigen zweet, die aligators kan ik wel riskeren)

Ik trok mijn jurk uit en de groep mensen achter mij konden niet geloven dat ik echt ging zwemmen. De gids wist natuurlijk dat het wel kon. Ik sloeg op het water om de vissen weg de jagen. Ik draaide me om naar de groep en deed alsof ik door iets gebeten werd. De hele groep gilde en lachte daarna. Even later lag iedereen in het water. We speelden pakkertje en ik deed een onderwaterhandstand. Iets wat ze hier nog nooit gezien hadden! Iedereen maakte foto’s en filmpjes en ik leerde het de kleine kinderen. Ik was de meesteres van het water. Wat me opviel was dat de meeste ouders niet eens konden zwemmen.

We aten samen in een patio met hangmatten. Het eten was heerlijk, met vers tropisch fruit en kruidige rijst. Na het eten nam de gids ons mee naar de boom vlak voor de logdges, hij prikte met een stokje in een holletje onder in de boom en er verscheen een tarantula zo groot als zijn hand. Waaaat.

De volgende ochtend gingen we vissen. Met stukjes kip aan onze hengels zaten we op de rand van de boot, ik op de punt (zoals de foto). Super rustgevend.

Iemand ving een vis maar ze kregen de haak niet uit z’n mondje en hij ging dood. Ik stopte met vissen, tenzij we de vis eten vind ik het pijnigen van vis een zinloze martelzaak. Het paste niet bij mijn paradijselijke amazone beeld.

De laatste dag gingen we kijken hoe de oude stammen van de amazone vroeger leefden, we speelden oude spelletjes en schoten met pijl en boog. Veel mensen kregen de pijl niet op de boog. Er was een hele vervelende spaanse jongen die al de hele tijd aan het opscheppen was dat hij in alles zo goed was. Hij schoot totaal mis en zei dat het aan de wind en aan de slechte boog lag. ‘dat ding is oud’

Ik stapte naar voren en pakte de boog uit zijn handen, viste de pijl uit de struiken en ging staan. Ademde in, dacht aan de namidagen in de zon met Sebastiaan waar hij me leerde boogschieten. Een steek van tranen achter mijn ogen. Ik knipperde mijn tranen van gemis weg, rechte mijn rug, strekte mijn linkerarm met de boog naar voren, ledge kalm de pijl aan, trok de pijl naar achter, mikte, en schoot recht in de roos. ‘die is voor jou sebas’ zei ik. Woooowww zei iedereen, ze klapten. Ik maakte een klein knikje naar de spaanse jongen die ongelovig van mij naar de balk keek waar de pijl nu doorheen zat.

Uyuni- Bolivia

Uyuni, Zuid-Boliva, 4 daagse excursie met een 4-sheeldrive, een gids en hele schattige verlegen kokkin.

Met een 4-wheeldrive jeep vlogen we over de berg randen. Met de zon in onze rug dommelden we weg op cumbia muziek. Af en toe stopten we om een vulkaan te beklimmen of onze handen in een geizer te steken om te voelen hoe warm het was. Met

-15 je tanden niet kunnen poetsen omdat je tandpasta bevroren is en tegelijkertijd zonnebrand op te moeten smeren is iets raars.

Ik had het zo verschrikkelijk koud gehad de afgelopen 2 nachten en 3 dagen. De nachten leken wel een gevangenis, helemaal koud en naar afwachtend tot je wekker gaat om 5.30 om weer te ontdooien en je lippen aan een kop warme thee te zetten. Heel vroeg met de zonsopgang waren we alweer op weg naar het volgende adembenemende natuur spektakel. We stopten bij een raar dampend bad onder aan een vulkaanmeer. Hier kan je in, zei de chauffeur. Ik grinnekte, wit van de kou, mijn tenen en handen niet meer voelend: denk je dat ik gek ben? Even later stond ik in mijn bikini bijna dood te gaan aan de rand. Zo koud. Zo oncomfortabel. Toen stapte ik het water in en gleed ik uit over een gladde steen. zo lekker ben ik nog nooit uitgegeleden. Ik dompelde in 2 seconden onder in een 34 graden warm natuurlijk geizer bad. Mijn god.

Warm en comfortabel gingen we weer op pad. Deze natuur hier in Zuid-Bolivia is ongetemd en genadeloos. Take it or leave it. Zo adembenemend mooi en ruw. Bloed rode en azuur blauwe meren met 12.000 flamingos, vulkanen en geizermeren, eeuwenoude megma rotsformaties aangetast door de kunstenaars wind en regen. Zwarte rivieren en enorme konijnen, oude uitgestorven meinersdorpjes, melig lachende lama’s die kleine schattige piep zucht geluidjes maken, knalrode zonsondergang over de gele pampa’s. En papa: de sterrenhemel hier op het zuidelijk halfrond is ongelofelijk.. ik kon de melkweg bijna aanraken en de sterren bijna uit de hemel plukken (had ik jou sterrenladdertje nou maar), de tranen bevroren in mijn ogen terwijl ik naar boven keek en zag een vallende ster.

Toen we in het kleine super arme dorpje Uyuni aankwamen kwam er een zand-zout storm op. iedereen moest naar binnen. De stormen zijn hier zo sterk dat als je naar buiten loopt en je ogen open doet terwijl er zand en zout waait, je opslag blind raakt. Van 12 tot 8 uur in de avond heb ik kaartspelletjes gespeeld met een groep Fransen in een restaurantje met de lekkerste pizza. Nu ga ik met diezelfde groep de nachtbus nemen naar La Paz (als de storm is opgeklaard)

De excursie was heel heftig fysiek en mental gezien. we hebben iedere dag 400 km afgelegd (van Amsterdam naar Parijs) en het was echt steen-koud in de nachten en wanneer de zon onder was. En met de hoogtes van 4,000 meter is het geen prettje voor je hoofd, huid en de rest van je lichaam. Wat was het koud, zwaar en adembenemend.